Good morning sir!

Ping! Het is zaterdagochtend 8 uur. Een berichtje: ‘Good morning sir!’ Het is van mijn collega biomedisch-techneut die nu een week bij Green Pastures ziekenhuis werkt. Blijkbaar is het in deze cultuur gebruikelijk om je leidinggevende in het weekend goedemorgen te wensen via Whatsapp. Ik denk niet dat veel van jullie dit ook doen of ontvangen in het weekend 🙂

Sinds een maand werkt er nu een Nepalese technicus in de biomedische afdeling. Het is een jonge jongen met een achtergrond in electronica (bachelor). Zijn eerste weken is hij veel bezig met de reparatie van een zuigmachine. Daarnaast had ik als leerproject een aantal oude apparaten die al een tijd buiten gebruik en ook al vervangen waren. Hier kon hij zonder risico of druk aan sleutelen om te begrijpen hoe de apparaten werken, wat het probleem er mee is, en eventueel of hij het kan oplossen. Het geeft hem een mogelijkheid om kennis te maken met medische apparaten en wat ervaring op te doen. Voor mij geeft het een gelegenheid om te zien wat voor vlees ik in de kuip heb. En ook om een manier te vinden om leiding te geven en samen te werken.

Het testen van een prototype sta-hulp door ons ontworpen voor de ergotherapieafdeling. Bijvoorbeeld voor dwarslaesiepatiënten.

Wat me allereerst opvalt zijn de culturele verschillen. Als Nederlander ben ik gewend aan een gelijkwaardige relatie met collega’s en leidinggevenden, en ook om zelf te sturen en te beslissen in mijn werk. In Nepal is er een duidelijke hiërarchische relatie: hij spreekt me altijd aan met ‘sir’ (meneer), hij vraagt toestemming voor elke stap in zijn werk,  en hij respecteert me ook in mijn positie als leidinggevende door in het weekend goedemorgen berichtjes te sturen. Voor mij voelt dat gek en ongemakkelijk om zo op een voetstuk gezet te worden. Het is zoeken om op een goede manier leiding te geven, een manier die zijn cultuur respecteert (ik ben tenslotte te gast in Nepal), maar die tegelijkertijd ook voor mij werkbaar is.

Het planbord waarop we het werk proberen te structureren en plannen.

Daarnaast valt me op dat hij best wat kennis heeft op het gebied van electronica, maar dat zijn kennis erg theoretisch is. Hij weet heel goed wat de eigenschappen zijn of functie is van een bepaald component. Maar het is lastiger voor hem om de functie van  een aantal verschillende componenten in een groter geheel te begrijpen. Ook het diagnosticeren van een probleem in een groter geheel is lastig. Het Nepalese onderwijs is erg gericht op feitenkennis en op het reproduceren van kennis. Het gebruiken van deze verschillende brokjes kennis in een andere situatie, en stapsgewijs een probleem isoleren is erg lastig. Als we samen een probleem analyseren en we meten of testen een aantal dingen ligt voor mij de conclusie voor de hand. Ik moet leren daarin geduld te beoefenen en hem in kleine stapjes in de richting van de conclusie te sturen.

De video toont het testen van een electrochirurgieapparaat op een mandarijntje!

Een mooie uitdaging dus om samen elkaar verder te helpen! Hij heeft nu al een aantal apparaten kunnen repareren. Hij is erg leergierig, en ik verwacht dat hij zich best snel zal ontwikkelen. Hopelijk kan ik me ook snel ontwikkelen in de Nepalese werkcultuur.